Linux - Veelgebruikte commando's

Linux kent veel commando's, we hebben ze hier voor u op een rijtje gezet en de eerste twee nog wat verder uitgewerkt!

  1. ls – Lijst bestanden en directories.

  2. cd – Verander de huidige directory.

  3. pwd – Toon de huidige werkdirectory.

  4. cp – Kopieer bestanden en directories.

  5. mv – Verplaats of hernoem bestanden en directories.

  6. rm – Verwijder bestanden en directories.

  7. mkdir – Maak een nieuwe directory.

  8. rmdir – Verwijder een directory.

  9. touch – Maak een nieuw, leeg bestand.

  10. cat – Toon de inhoud van een bestand.

  11. less – Toon de inhoud van een bestand, pagina per pagina.

  12. head – Toon de eerste regels van een bestand.

  13. tail – Toon de laatste regels van een bestand.

  14. grep – Zoek naar tekst met behulp van patronen.

  15. find – Zoek naar bestanden en directories.

  16. tar – Archiveer en comprimeer bestanden.

  17. wget – Download bestanden van het internet.

  18. curl – Verzend HTTP-verzoeken.

  19. sudo – Voer commando's uit als een andere gebruiker, meestal de superuser.

  20. chmod – Verander de bestandspermissies.

  21. chown – Verander de eigenaar van een bestand.

  22. df – Toon schijfgebruik.

  23. du – Toon bestandsgrootte.

  24. ps – Toon lopende processen.

  25. top – Toon een dynamische weergave van lopende processen.

  26. kill – Beëindig processen.

  27. nano, vi, vim – Teksteditors voor het bewerken van bestanden in de terminal.

  28. ifconfig/ip – Toon en configureer netwerkinterfaces.

  29. ping – Test de connectiviteit met een netwerkhost.

  30. ssh – Log in op een remote server via Secure Shell (SSH).

  31. scp – Kopieer bestanden over een netwerk via SSH.

  32. crontab – Plan taken om op specifieke tijden te worden uitgevoerd.

  33. apt, yum, zypper, pacman – Pakketbeheerders voor het installeren en updaten van software (specifiek voor verschillende Linux-distributies).

Het 'ls' commando in Linux

Het ls commando wordt gebruikt in Linux en andere Unix-achtige besturingssystemen om de inhoud van een map te tonen. Hier zijn een paar voorbeelden van hoe je het ls commando kunt gebruiken:

Basisgebruik:

  • ls: Met dit commando zie je alle bestanden en mappen in de huidige map.

  • ls /pad/naar/map: Hiermee kun je de inhoud van een specifieke map bekijken. Vervang /pad/naar/map met het werkelijke pad naar de map die je wilt bekijken.

Met opties:

  • ls -l: Geeft een gedetailleerde weergave, inclusief bestandspermissies, aantal links, eigenaar, groep, grootte en tijdstempel van de laatste wijziging.

  • ls -a: Toont ook verborgen bestanden en mappen (die beginnen met een .).

  • ls -h: Toont de bestandsgroottes in een "human-readable" formaat (bijv., KB, MB).

  • ls -t: Sorteert bestanden op tijd en datum van de laatste wijziging, met het nieuwste bestand eerst.

Combineren van opties:

  • ls -la: Dit combineert de -l en -a opties, zodat je een gedetailleerde weergave krijgt die ook verborgen bestanden en mappen toont.

  • ls -lh: Dit combineert de -l en -h opties, voor een gedetailleerde weergave met human-readable bestandsgroottes.

Voorbeelden:

ba
ls
ls -l
ls -a
ls -lh
ls -la
ls -l /etc
ls -lt

Let op dat je opties en paden kunt combineren, dus ls -l /pad/naar/map zal de gedetailleerde weergave tonen van de inhoud van /pad/naar/map.

Het 'cd' commando in Linux

Het cd commando wordt gebruikt om van de huidige werkmap naar een andere map te gaan.

Basisgebruik:

  • cd: Met alleen cd, ga je terug naar je home directory.

  • cd /pad/naar/map: Hiermee wissel je naar de gespecificeerde map. Vervang /pad/naar/map met het daadwerkelijke pad naar de map waarnaar je wilt gaan.

Met opties:

  • cd ..: Hiermee ga je één niveau omhoog in de mapstructuur.

  • cd -: Hiermee ga je terug naar de vorige map waar je in zat.

Voorbeelden:

cd /etc

cd ..

cd -

cd ~/Documenten

Terug naar categorie
Een ogenblik geduld...